Voor de uitleg van reflexintegratie moet ik terug naar de basis van het menselijk ontstaan.
De ontwikkeling van een kind gaat volgens een vast patroon. We beginnen als een klein hoopje cellen dat zich razendsnel ontwikkelt. Je ontwikkelt allerlei automatische bewegingspatronen, primaire reflexen. Deze bouwstenen vormen het fundament voor hogere vaardigheden zoals leren en bewegen. Als er voldoende met een reflex geoefend is, wordt het geïntegreerd en overgenomen door zo’n hogere vaardigheid. Dat gaat in een vaste volgorde. Stap voor stap wordt gebouwd aan de rijping van het zenuwstelsel. Zo kun je steeds meer en meer en wordt het steeds makkelijker.
Maar dit proces gaat niet bij iedereen vanzelf. Als er in het fundament iets niet klopt (complicaties tijdens bevalling/geboorte/een val van het kind na de geboorte), kunnen hogere vaardigheden zich ook niet goed ontwikkelen. Dan loop je dus tegen grenzen op. Je kan van alles uitproberen en compenseren. Nog wat harder werken, nog beter je best doen. Thuis extra oefenen. Soms lukt het, maar niet altijd is meer van hetzelfde de oplossing. Het lijkt wel of de hersenen er nog niet klaar voor zijn. Ze kunnen het nog niet goed zien. (bron uitleg: www.reflexinbeeld.nl). Met behulp van een screening (uit de RMTi en Bodylab) kan gecontroleerd worden of er blokkades zijn in het fundament.
Het fundament moet in orde zijn voor er gebouwd kan worden. Deze primaire reflexen kunnen op iedere leeftijd alsnog geïntegreerd worden. Het resultaat hangt wel af of er thuis geoefend wordt en hoeveel. De integratie gebeurt door een combinatie van eenvoudige bewegingsoefeningen (RMTi en Bodylab) die kinderen zelf moeten uitvoeren en meestal erg leuk vinden. Het lichaam raakt weer in balans en de zintuigen werken beter. Een kind gaat zich weer veilig voelen, vindt zijn balans en kan op zichzelf gaan vertrouwen.